“Kan ik U hel­pen, Mijn­heer?”
“Nou, ik ben dus ei­gen­lijk op zoek naar een man­tel der lief­de.”
“Een man­tel der lief­de?”
“Om het een en ander mee te be­dek­ken, weet U wel.”
“Tja, man­tels der lief­de zijn wel een beet­je uit de mode, Mijn­heer. En daar­om wor­den ze niet meer ver­kocht.”
“Uit de mode? Ik dacht dat zo­iets tijd­loos was.”
“Ver­geet het maar, zo’n man­tel kan ge­woon echt niet meer. Net als die roze bril op Uw neus. Die is ook nogal ou­der­wets.”
“Maar ik vind dat mooi.”
“Wat U vindt doet niet ter zake, Mijn­heer. Wat men vindt, daar draait het om.”
“Bah.”

  1. Inge zegt op 9 fe­bru­a­ri 2004:

    Zorgt U wel maat XXL te kopen. Half be­dek­ken is im­mers geen zicht.

  2. Puck zegt op 10 fe­bru­a­ri 2004:

    > “Bah.”

    Die roze bril, die staat u nog wel. Dat pruil­lip­je daar­en­te­gen..

    Vorig jaar kwa­men in één sei­zoen zowel jaren zes­tig als ze­ven­tig als tach­tig terug.
    Ik zou me niet zo druk maken over ‘uit de mode’ of niet. Noem het ge­woon vin­ta­ge, dan is het al­tijd goed.

  3. jnnk zegt op 10 fe­bru­a­ri 2004:

    Drie voor de prijs van twee. Ik hoop ze van­daag te vin­den.

  4. jwl zegt op 10 fe­bru­a­ri 2004:

    Een heel mooi ver­haal mIKe!

  5. Lie­san zegt op 10 fe­bru­a­ri 2004:

    een echte vin­ta­ge man­tel der lief­de, eerst goed was­sen maar dan het heeft wel ka­rak­ter.

Voeg een re­ac­tie toe

N.B. Het e-mail­adres wordt nooit ge­pu­bli­ceerd. Ver­eis­te vel­den zijn ge­mar­keerd met *