Men vergist zich nog al eens in het (h)erkennen van genialiteit. Laat ik U, trouwe lezer, maar direct uit de droom helpen. Ik ben niet geniaal.

U schrikt ervan.

“Maar die subtiele kwinkslagen in Uw teksten dan?”, zult U zeggen. “Dat doordachte proza, waarin na iedere volgende lezing een nieuwe laag zichtbaar wordt, dat duidt toch op een zekere genialiteit?” Ik begrijp in deze Uw vertwijfeling, en Uw ongerustheid. Werp ik hier nota bene mijn eigen standbeeld omver, dat daar toch op zeer eenzame hoogte stond.
“Maar als U niet geniaal bent, wie is dat dan wel?”, vraagt U nu.
Tja, dat is dan meteen een vraag waar bijna onmogelijk een antwoord op is te geven. Laat ik het U proberen uit te leggen.

Genialiteit kenmerkt zich door twee eigenschappen: originaliteit en bescheidenheid. Andere zaken zoals een scherp denkvermogen, een goed geheugen en een flinke algemene ontwikkeling lijken me evident, dus die laat ik even buiten beschouwing.

Een genie taalt niet naar erkenning. Een genie interesseert het niet of hij wordt gehoord, en dat terwijl hij de mooiste dingen vertelt. Doordat een genie zonder publiek kan (en vaak ook wil) leven, wordt hij vrijwel nooit opgemerkt. Wij spreken hier van een genie van de eerste categorie. De enige echte.

Daarnaast kennen wij genieën van de tweede categorie. Een genie van de tweede categorie is een vervelend mens. Hij is niet dom, maar wil niets liever dan dat feit bevestigd te zien. Zijn zucht naar roem en aandacht ondermijnt zijn intellect.

Beide categorieën genie zijn uiteraard ver verheven boven de gewone mens, die zich moet behelpen met een beperkter set intellectueel gereedschap. Ergens tussen de twee categorieën, maar boven de grauwe massa, zweeft echter nog een vierde type persoon. Wij noemen hem de geniale klootzak, excusez le mot.

Het kost de geniale klootzak weinig moeite de rest van de wereld zand in de ogen te strooien, en het beeld te scheppen dat hij beschikt over een formidabel brein. Het belangrijkste kenmerk van de geniale klootzak is echter dat hij het onderscheid tussen de bovengeschetste categorieën ten volle beseft. Daarnaast kent hij zijn eigen beperkingen.

Ik zeg U nogmaals, een genie ben ik niet. Daarvoor heb ik de vereiste bescheidenheid met voeten getreden. Vroeger was ik overigens wel geniaal. Maar toen kende U mij nog niet.

  1. vanzo zegt op 9 augustus 2002:

    Genialiteit laat zich lezen tussen de regels door mijn waarde mIKe.

  2. Dr.D zegt op 9 augustus 2002:

    De interlinie dus.

  3. vanzo zegt op 10 augustus 2002:

    De regelafstand heeft hier niets mee te maken heer D.

  4. vanzo zegt op 10 augustus 2002:

    Waarde heer mIKe,

    Enige tijd blijft bij mij de indruk hangen, de mogelijke indirecte ontwarring in subtiel verwijzende vorm, naar genialiteit door Uzelf. Impliceert U niet door termen/zinnen/fragmenten als: “uit de droom helpen”, “subtiele kwinkslagen”, “U schrikt ervan”, “vertwijfeling, ongerustheid”, “doordachte proza”, “als U niet…..wie dan wel” juist het tegenovergestelde ?.Al deze voorbeelden doen mij toch denken in een geheel andere richting, zoals U over Uzelf denkt. Een poging tot nederigheid ?. Een poging tot ?.

  5. mIKe zegt op 10 augustus 2002:

    Tot welk der genoemde categorieën ikzelf behoor is mij volkomen duidelijk. Een genie categorie 1? Was het maar waar. Genie categorie 2? Daar waak ik voor. Een eenvoudig mens? Ach. Geniale klootzak? Laat ik het zo zeggen, ontkennen gaat te ver. Uw twijfels wat dit betreft vertellen wellicht meer over Uzelf dan over mij.

  6. vanzo zegt op 10 augustus 2002:

    poging tot nederigheid…

  7. Mijnheer Lijstje zegt op 11 augustus 2002:

    Was het niet Dali die zijn biografie ‘Het leven van een genie’ noemde? Het 1e hoofdstuk is getiteld: “ben ik een genie?” De conclusie van het hoofdstuk is: ja, ik ben een genie.
    In het kader van Nutteloze Kennis leek me dit wel een aardige.
    Ze zeggen wel dat Mozart een genie was en Beethoven meer een noeste werker (in de partituren van Beethoven is er aanzienlijk meer gegumd dan in die van Mozart), maar ze staan toch maar mooi naast elkaar in de CD-winkel. Je hoeft dus geen genie te zijn om het toch ver te schoppen. Gewoon van 9 tot 5 werken en gummen, en je kunt het een eind schoppen. Maar, ik moet er wel weer bij zeggen dat het geen garantie is om beroemd te worden. Maar dat hoefde immers ook niet?

  8. Mijnheer Lijstje zegt op 11 augustus 2002:

    Je gaat je na deze categorisering door mIKe wel afvragen: wie was er nu HET genie van aller tijden? Was dat Michelangelo, Mozart, Monet, of iemand anders? Is dat ooit fatsoenlijk uitgezocht?

  9. vanzo zegt op 11 augustus 2002:

    Het is onbegonnen werk dit uit te zoeken. Laat staan wenselijk.

  10. Mijnheer Lijstje zegt op 11 augustus 2002:

    Ik heb het zelf even uitgezocht: Michelangelo staat bovenaan, puur omdat hij eerder een genie was dan de anderen. Hij is dus al langer een genie dan de anderen. De tijd (zie een andere Nutteloze Kennis) werkt in zijn voordeel zogezegd. Helaas Pindakaas voor Mozart en Monet.

  11. Mijnheer Lijstje zegt op 11 augustus 2002:

    Degene die het heelal in elkaar heeft gezet, die heeft natuurlijk gewonnen, staat bovenaan, onbetwist.

Voeg een reactie toe

N.B. Het e-mailadres wordt nooit gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *