Toen de onderkoster van de Sint-Baafskathedraal te Gent bij het krieken van de elfde april in het jaar onzes Heren 1934 het godshuis binnenliep kon hij onmogelijk bevroeden dat hij bijna 73 jaar later onderwerp zou zijn van de eerste zin enes schrijvens mijn. En toch is het zo. Nu zou deze twijfelachtige eer de kerkbewaarder normaliter nimmer ten deel gevallen zijn, ware het niet dat hij zich op die noodlottige ochtend ongemeen de pleuris schrok.

Zijn aard niettegenstaande, die er een was van voorzichtigheid en ingecalculeerd onheil, want ‘waar Onze-Lieve-Heer een kerk bouwt, zet de duvel een kapelleke’, zoals hij immer placht te zeggen, was onze arme vriend juist die dag blij van zin opgestaan. Hoe dat precies zo kwam laten we even in het midden, maar dat de onderkoster een avond had genoten die met recht pleizierig genoemd mag worden was klip-en-klaar. Zingend ging hij de kerk in.

Eenmaal binnen verstomde hij. Zijn bek, zoals men weleens zegt, viel open, en grootogig staarde de goede man naar het Lam Gods, of liever naar dat wat er aan ontbrak. Het in 1432 door de gebroeders Van Eyck voltooide meesterwerk, dat in de vijf eeuwen van zijn bestaan al zoveel had meegemaakt, bleek niet compleet. Eén van de twaalf panelen – die van de Rechtvaardige Rechters met op de achterkant de grisaille van Johannes de Doper -, was gestolen.

“Amai, amai”, prevelde de kerkbewaarder ontredderd. En veel meer dan dat kwam er ook de rest van die dag niet uit: de arme drommel was volkomen de kluts kwijt. Pas toen hij in de maanden die volgden meerdere afpersingsbrieven ontving bekroop hem een gevoel van verontwaardiging. “Wie haalt het toch in zijn botte kop om zich juist aan het Lam Gods, ‘dat wegneemt de zonden der wereld’, te bezondigen?” Welnu, die onverlaat bleek de Wetterse wisselagent Arseen Goedertier.

Deze effectenmakelaar bekent, op zijn sterfbed, de briefschrijver te zijn geweest. Echter, voordat Goedertier kan zeggen waar het gestolen paneel zich bevindt blaast hij zijn laatste adem uit. Tot op de dag van vandaag zijn de Rechtvaardige Rechters spoorloos.

Rechtvaardige RechtersHet lijkt voorwaar een spannend jongensboek, deze historie, en het zou bijna jammer zijn mocht het paneel ooit gevonden en het verhaal beëindigd worden. Edoch, de kwestie knaagt. Menigeen heeft zich stukgebeten op het raadsel, en er doen inmiddels vele, vele theorieën de ronde, waar U zich zo U wilt zelf in kunt verdiepen.

Waarom vertel ik U dit allemaal? Welnu, ondergetekende is van plan om zich vrijdagochtend vroeg naar Gent te begeven om de plaats delict met eigen ogen te aanschouwen. Uw held zal, met een beetje geluk én Uw hulp, aan alle onzekerheid een eind maken en het paneel tevoorschijn toveren. Uw hulp? Jazeker!

Zoveel vertrouwen heb ik in Uw pienterheid dat ik de Gouden Tip per ommegaande in de reacties verwacht. Zegt U waar ik zoeken moet en ik zal vinden, waarbij ik U uiteraard laat gloriëren (want dáár gaat het me niet om). En mocht U naast het Goud nog Bronzen of Zilveren Tips hebben, die de Rechters weliswaar geen stap nader brengen maar die van een lang weekend Gent een onvergetelijke ervaring maken, dan hoor ik ook die volgaarne. Ik hou U, als wederdienst, op de hoogte.

  1. nina zegt op 15 februari 2007:

    Ja, die zaak van de Rechtvaardige Rechters (we begrijpen nu hoe Willy Vandersteen aan zijn voorliefde voor de alliteratie kwam)… aan tips daarover kan ik u niet helpen, wel weet ik dat Gent een heel fijne plek is om een lang weekend te vertoeven! Het SMAK (wellicht als tegenwicht tegen de Oude Kunsten) vind ikzelf ook altijd zeer de moeite waard. Veel plezier!

  2. bjorn zegt op 15 februari 2007:

    Ik veronderstel, mijn waarde, dat u aan toeristische tips geen nood hebt, dus laat ik de huizen van alijn, de gravenstenen en dergelijke maar voor wat ze zijn. Ik kan u wel ook het SMAK van harte aanbevelen.
    De inwendige mens kan in Gent op bijzonder fijne wijze versterkt worden ; een zeer persoonlijke greep uit het uitgebreide aanbod :
    – Il Mezzogiorno, siciliaanse keuken, veel vegetarisch, gewoonweg heerlijk (baudelokaai)
    – Allegro, klassiek gastronomisch, heb er ooit de beste hoppescheuten ooit gegeten (korenlei)
    – De tap en de tepel, kaas&wijn bistro (gewad)
    – aperto chuiso, lekker italiaans, heerlijke bruscetta (sleepstraat)
    Ik zou u aanraden om, indien u één van deze gelegenheden wil bezoeken, deze te reserveren, zeker in het weekend… (o ja, nog eentje, indien u een beetje mobiel bent want enigzins buiten het centrum : le grand bleu, vis- en vooral kreeftrestaurant met een fantastische prijs-kwaliteitverhouding (snepkaai) ; ze hebben ook een dependance op de kouter, “de blauwe kiosk”, om een oestertje tussendoor te prikken).

    Veel plezier !

  3. mIKe zegt op 15 februari 2007:

    @nina: Deze geschiedenis staat inderdaad bol van namen die zó fantastisch zijn, dat ze het Willy Vandersteen idioom (hoe geniaal ook) met gemak ontstijgen. Wat dacht U bijvoorbeeld van de vermeende handlangers van Arseen Goedertier: Kamiel van Ongeval en Polydor Priem? Dat is toch bijna te mooi om waar te zijn?

    @bjorn: Dank U zeer!! Een printje van Uw reactie gaat mee in mijn reistas :-)

  4. jnnk zegt op 16 februari 2007:

    Een ander raadsel des Lams Gods is de domtoren op het middenpaneel, onder, van het opengeslagen retabel. Links onder de zon. Dat schijnt er later bijgeBobRosst te zijn, door Jan van Scorel.

Voeg een reactie toe

N.B. Het e-mailadres wordt nooit gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *