Wanneer je zonder een spoor van herkenning in de spiegel kijkt, en vermoedt dat je jezelf niet bent, is het raadzaam om even later nogmaals te kijken. Het herkennen krijgt een tweede kans. Gewennen een eerste.
Ach, U kent het wel. Een mens kan natuurlijk niet altijd even alert zijn, en voor je er erg in hebt ben je veranderd. Opeens modder je niet meer zomaar wat aan, maar vat je de koe bij de horens. Een kort moment vraag je je nog af óf je eigenlijk wel een cowboy bent. Twee seconden later schuif je die kwestie als irrelevant terzijde.
Domweg omdat je het antwoord niet weet.
Aanmodderen blijf je dus toch. Maar je troost jezelf met de gedachte dat vrijwel niemand leeft naar hoe hij werkelijk is.
Tja, zo heb ik te kampen met een koe zonder horens, en grijp ik haar altijd bij de staart……
We tobben wat af, meneer, maar wel met gratie!
’n Schrale troost, mijnheer, ’n schrale troost.
Ach ja, the science of muddling through. Lindblom, of hoe heette die vent ook weer die dat schreef.
Er was eens een man. Hij werkte in de Fabriek van het Leven, in de Hemel. Het was een beetje een trieste man, ondanks de rijst met de gouden lepeltjes, ondanks de engelen. Zijn enige plezier bestond erin de gebruiksaanwijzing uit de verpakking te halen voor hij de mensen naar de aarde opstuurde, als hun tijd daar was. Om dan ’s avonds thuis, traag dit papier in duizend kleine stukjes te scheuren. Daar hield hij van.
Tja.
Inderdaad, niemand leeft zijn leven naar hoe hij werkelijk is. Gelukkig maar, in mijn geval; ik zou de grootse meeslependheid ervan nauwelijks kunnen bolwerken. Ik hou me gedeisd…
Ik snap er niets van mIKe, “niemand leeft naar hoe hij werkelijk is.” Ik zou willen zeggen, men is zoals men leeft toch? Kennelijk? Dat het zo _is_ lijkt me het ultieme bewijs, zeker voor een beta-wetenschapper als u. “Meten is Weten”, de spiegel als meetinstrument, even links en rechts omdraaien (onder en boven blijft hetzelfde), op de print-knop drukken en het haarscherpe bewijs is daar: een goddelijk creatuur, in de bloei van zijn leven, met een weblog en vele lezers en een konijn dat thuis op hem wacht :-)
Dat konijn lijkt me van cruciaal belang, misschien zelfs als Groot Voorbeeld.
Alhoewel ik me afvrag of het doorknagen van een snoer niet een ernstig compromis is op het gebied van ‘leven naar hoe hij werkelijk is’.
Reacties die het hart verwarmen. Hoe fijn.
mIKe,
Weer typisch een stukje van uw hand…
U krijgt nu ook nog de rest van het verhaal, in het kader van de hartverwarming.
De trieste man had de gewoonte voor het slapen nog even naar de aarde te kijken. Een vast ritueel. De lijnen van alle kriskras door elkaar lopende mensen, schijnbaar zonder enig vooropgesteld doel, waren voor hem van een grote schoonheid. Elke avond was het patroon anders en de tekening was immer in beweging. Ook had hij ondervonden dat het schouwspel nog mooier werd als hij af en toe een snipper liet neerdwarrelen. Dan gebeurde iets merkwaardig. De lijn hield even halt en versmolt met het papiertje.
En meestal zag hij iets fonkelen daarna, de hemel ver voorbij.